Een nationaal model van de agrarische grondmarkt(en) : studie in het kader van de bouw van een economisch model van de Nederlandse land- en tuinbouw
In het kader van het project "Een economisch model van de Nederlandse landbouw" is op het LEI een model van de agrarische grondmarkt ontwikkeld. Dit grondmarktmodel telt vijf samenhangende relaties waarmee aanbod en prijs op drie verschillende deelmarkten worden verklaard. Bij deze verklaring worden zowel effecten van ontwikkelingen binnen als buiten de landbouw alsmede van overheidsbeleid betrokken. De relaties zijn geschat op basis van tijdreeksen van absolute jaarlijkse veranderingen over de periode 1963/1980
Een regionaal model voor de prognose van de agrarische structuur : een Monte-Carlo studie
In het kader van de "Projectstudie Midden-Brabant" is een model ontwikkeld voor het maken van financiele prognoses in de landbouwstructuur. Deze ontwikkelingen worden gevolgd via het samenvoegen van veranderingen die worden gesimuleerd op individuele bedrijven. De veranderingen worden gesimuleerd op grond van uit het verleden geschatte gedragsveranderingen
Vrijkomende agrarische gebouwen : een onderzoek in Overijssel
De ontwikkeling in het aantal vrijkomende landbouwbedrijven in Overijssel en het nieuwe gebruik daarvan wordt voor de periode 1983-'87 beschreven. De gegevens zijn d.m.v. een telefonische enquete verzameld. In de meeste gevallen wordt de bedrijfswoning nog steeds bewoond en staan de bedrijfsgebouwen leeg. Daarnaast is een prognose gemaakt van het aantal bedrijven dat in de periode 1987-'93 zal stoppen
Een nationaal model van de agrarische grondmarkt(en) : studie in het kader van de bouw van een economisch model van de Nederlandse land- en tuinbouw
Vergelijking van twee methoden voor het samenstellen van een plan van toedeling
Voor het samenstellen van een plan van toedeling zijn thans twee methoden, ontwikkeld door Kik (1969) en Visser (1971) beschikbaar. Teneinde na te gaan hoe met beide methoden een toedeling wordt ontworpen voor een gebied, waarin de bedrijfsgebouwen grotendeels in een kerndorp zijn gelegen, en tevens een vergelijking te kunnen maken tussen de resultaten die met de beide methoden worden verkregen, zijn zij toegepast op een verkavelingsmodel genaamd 'De Spin'.
Een voorlopig toedelingsplan voor de ruilverkaveling Beesel-Swalmen
Ruilverkaveling Beesel-Swalmen dient als toetsingsgebied voor de toedeling van gronden in een ruilverkaveling. In het gebied komen zowel klei- als zandgronden voor, waardoor de uitruilbaarheid van de gronden beperkt is. Het is daarom noodzakelijk de grond te verdelen over verschillende onuitwisselbare ruilklassen. Gronden behorende tot dezelfde ruilklasse worden daarbij geacht uitruilbaar te zijn; tussen gronden behorende tot verschillende ruilklassen is uitruil niet mogelijk.